Intermezzo (2). Een voorspel dat nog lang na zou klinken. De veroordeling van Miguel de Molinos

 

Molinso de veroordeling

De afzwering van Miguel Molinos is afgebeeld in een beroemde ets van Arnold van Westerhout.1687.
Arnold (van) Westerhout was een Zuid-Nederlandse kunstschilder en graveur, geboren te Antwerpen AD 1651, en gestorven te Rome in 1725, waar hij als tekenaar en etser woonde en werkte sinds 1681.
Hij is dus niet alleen tijdgenoot maar ook ooggetuige van de ophefmakende veroordeling van Miguel Molinos in 1687, zoals blijkt uit de ets die hij ons nagelaten heeft, die toont hoe de afzwering heeft plaats gevonden. We kunnen hier veel uit leren.
We verkrijgen niet alleen een brede blik van de opstelling van de aanwezigen, in de kerk waar de plechtige afzwering plaats, maar we vinden in de rand allerlei informatie, om te beginnen met de legende.

Delineazione della solenne abiura fatta da Michele Molinos nella chiesa di Sa. Ma. sopra Minerua il di 3 7bre 1687 all presenza de gl’ cminmi. Sigri. Cardinali Generali Inquisitori in tutta la republica christiana, e di tutto il sacro collegio. Di tutti li consultori, e molti altri prelati, prencipi, caualieri, e popolo numerosisso. di quest’ alma citta di Roma Arnoldo van Westerhout delin. e intagl.
In het Nederlands: schets van de plechtige afzwering vanwege Miguel Molinos in de kerk van Santa Maria sopra Minerva de derde september, in aanwezigheid van de doorluchtige heren kardinalen-generaal-inquisitoren van de hele Christelijke Republiek, en het voltallige Heilig College, naast alle raadsheren, en vele andere prelaten, prinsen, heren en een uiterst talrijk opgekomen publiek, in de verheven stad Rome.

(Bron: Dirk van Babylon, website)

Teresa van Avila en Johannes van het Kruis werden weliswaar door de inquisitie verdacht, maar nooit veroordeeld. Maar voor de mystici na hen werd de sfeer in Spanje, Italië en Frankrijk onaangenamer, grimmiger en vijandiger. De geschiedenis van de mystiek in de 17e eeuw is om te huilen. En mengeling van onbegrip, onzorgvuldig gedefinieerde termen, neurotische dogmatiek, bemoeizucht vanuit de politiek, vage en onbewezen beschuldigingen van amoreel gedrag en gemanipuleerde juridische processen,  zorgden ervoor dat niet alleen personen belasterd en beschuldigd werden, maar ook dat de tweede helft van de eeuw 17e eeuw en de daaropvolgende eeuwen getekend worden door een anti-mystiek en anti-contemplatief complex.

Uit de vele incidenten kies ik slechts één voorbeeld: de veroordeling van Miguel de Molinos. Zijn proces is exemplarisch voor de bezwaren die het kerkelijk gezag tegen de mystieke leerstellingen koesterden, als ook voor de gewelddadige wijze waarmee mystici monddood werden gemaakt. Het zal ook een zware wissel trekken op het leven van Jeanne Guyon.

Miguel Molinos, in 1628 geboren in Muiesa, Spanje. 1 Zijn religieuze opleiding kreeg hij bij de Jezuïeten. Na zijn priesterwijding werd hij naar Rome afgevaardigd als vertegenwoordiger van Valencia voor de zaligverklaring van ene Francisco Jerónimo Simón. Toen deze zaak onsuccesvol beëindigd werd, keerde hij niet terug naar Spanje. Hij werd al gauw bekend als biechtvader en geestelijk leidsman met vele goede contacten in de hoge kerkelijke kringen zelfs met de toenmalige paus Innocentius XI. In 1675 publiceerde Molinos Guia Espiritual, Geestelijke Gids of zoals de volledige titel luidt: Geestelijke Gids die de Ziel van hindernissen bevrijdt en haar over de innerlijke weg leidt, naar de Volmaakte Godsbeschouwing, de Rijke Schat van Innerlijke Vrede, van de hand van Doctor Miguel Molinos, priester, aan het licht gebracht dankzij Eerwaarde Vader Jan van de Heilige Moedermaagd, Provinciaal van de Orde van de Minderbroeders Sint Peter van Alcantara in het Rijk van Napels.

Het boek verscheen met kerkelijke goedkeuring, zowel met het Nihil Obstat, ‘geen belemmering’, als met het Imprimatur, ‘het kan gedrukt worden’. Bovendien schreven zes vooraanstaande theologen een voorwoord ter aanbeveling. Het boek werd een groot succes. Na de Italiaanse uitgave volgden al gauw vertalingen in het Latijn, Frans, Duits en Engels. Paus Innocentius XI sprak openlijk zijn bewondering uit voor de persoon en zijn werk.

De gids is allereerst een handboek, een geordende en goed geschreven samenvatting van de mystieke leer, bedoeld voor iedereen die de innerlijke weg wil gaan. Het betreft een mystieke wetenschap, die komt van ervaring en die geen menselijke uitvinding is. Deze mystieke wetenschap wordt niet bereikt door het horen van preken of het lezen van boeken. Zij wordt verkregen door een vrije infusie, inblazing van de Heilige Geest. De ziel zal gaan langs een pad van duisternis, dorheid en beproevingen, waarmee God de ziel zuivert. Men begint met innerlijke overwegingen, maar men moet deze uiteindelijk geheel en al loslaten, zodat de ziel een staat bereikt van ‘verworven contemplatie’, d.i. een staat van berusting, innerlijke rust en kalmte. Molinos: ‘Jezelf tot rust te brengen en je te laten vallen in Gods hand is belangrijker dan alle goederen van de hele wereld…. De goddelijke majesteit weet heel goed dat stille berusting en niet discursief bidden of zijn eigen bedrijvigheid,  het middel is om Hem te bereiken en de goddelijke raadgevingen te verstaan.’

‘Vernietiging’ is een groot onderwerp in dit boek. God moet de ziel reinigen niet alleen van zijn gehechtheid aan natuurlijke en tijdelijke goederen, maar ook bovennatuurlijke en sublieme bezittingen zoals interne communicaties,  verrukkingen en interne extases. Deze zuivering kan  zich ook uitstrekken tot het gevoel van door God verlaten te zijn en bestemd te zijn voor de hel. Dit zuiveringsproces sluit beproevingen in zowel van de duivel als van onze eigen troste natuur, maar  ‘beproeving is je grootste geluk… en je grootste beproeving is zonder beproevingen te zijn.’

Volgens Molinos bestaat deze innerlijke rust in de idee van de ‘ene handeling’. Je hoeft maar één ding te doen. In die ene akte zijn alle vermogens, ook de wil en het intellect op een hogere manier aan het werk. Je kunt deze ene akte altijd en overal doen. Ook te midden van allerlei dagelijkse werkzaamheden: ‘Probeer in die eerste akte van contemplatie te blijven met geloof en liefde door heel de dag, door heel het jaar en door heel je leven.’

Verder licht de nadruk op zwijgen en rust. Hij noemt drie soorten zwijgen: het zwijgen van woorden, het zwijgen van verlangens en het zwijgen van de gedachten. Met de eerste winnen we deugdzaamheid, met de tweede rust en met de derde innerlijke recollectie.’ Teresa definieert recollectie ‘een voortgang die niet ligt in denken, maar in veel liefhebben… Dit gebed wordt genoemd ‘recollectie’ omdat de ziel zijn vermogens verzameld, tezamen brengt en binnen zichzelf treedt om met God te zijn.’ Molinos: ‘ Door niet te spreken, niet te verlangen niet te denken kom je tot de ware en volmaakte mystieke stilte waarin God spreekt met de ziel, zichzelf mededeelt en de ziel de meest perfecte en hoogste wijsheid leert in de intieme diepten.’

Het negatieve aspect van de mystiek wordt door Molinos sterk benadrukt. Het accent ligt bij hem op een totale zelfontlediging om de innerlijk eenzaamheid en passieve rust te bereiken, waarin de eenheid met God gevestigd wordt. Hij spreekt van eenheid, vereniging en soms zelf van deïficatie, vergoddelijking.

Steeds opnieuw wijst Molinos op het belang van het lijden, dat de ziel op het contemplatieve pad overkomt. Hij vergelijkt met het lijden van de eerste heilige martelaren. Intense lijden is onderdeel van de transitie van verworven naar ingestorte contemplatie. ‘Hoewel God in beide vormen werkt, heeft Hij bij de ingestorte contemplatie als enige het initiatief, zodat de ziel totaal passief kan blijven om voort te schreiden naar de eenheid. De enige voorbereiding die van jouw kant vereist is: toestemmen in het innerlijke en uiterlijke kruis: ‘De ziel moet niets doen dan rustig blijven hangen.’

De ingestorte genade kent drie graden: ‘De eerste is verzadiging. Wanneer de ziel vervuld is van God, koestert zij een afkeer van alle aardse zaken. Zij is rustig en kan alleen voldaan worden met goddelijke liefde. De tweede graad is dronkenschap. Dit is een mentaal exces en een verheffing van de ziel, geboren in goddelijke liefde. De derde graad is een verworven zekerheid die alle vrees uitbant. Zelfs zover dat de ziel zo gelaten in met God instemt, dat zij zeer verheugd de hel ingaat als zij wist dat het de wil was de meest Heilige.’  Het topos van de resignatio ad infernum dat in de 17e eeuw door mystici genoemd werd ‘de onmogelijke veronderstelling’. Als God het wil, dan is de contemplatieve ziel bereid voor eeuwig af te dalen in de hel.

Verder: ‘Wie deze mystieke wetenschap bereikt heeft, moet zich onthechten van vijf zaken: ten eerste van alle geschapen dingen; de tweede is van alle tijdelijke dingen ;  ten derde van alle gaven van de Heilige Geest; ten vierde van zichzelf; ten vijfde van God zelf.’

Om het in én woord te zeggen: wordt niets! Dat is de kortste weg naar de zuiverheid van de ziel, de volmaakte contemplatie, de innerlijke vrede. Hij adviseert de ziel: ‘Bekleed jezelf met dit niets en met deze ellende en probeer hen tot je levensonderhoud te maken en daar te wonen tot je in hen verdronken bent.’

Ook spreekt hij in een hoofdstuk over de noodzaak van een geestelijk leraar.

So far, so good. Molinos’ Geestelijke Gids, bevat niets nieuws. Alle thema’s zijn terug te vinden bij de mystici die hem voor gingen. Zeker bij Juan de la Cruce die hij meermalen citeert. Als Juan spreekt over de zuivering  van de donkere nacht van de zintuigen, dan adviseert hij de zielen die zover zijn gekomen geen aandacht te schenken aan discursieve meditatie, overwegingen, maar ‘dat zij de ziel nu moeten toestaan in rust te blijven hoewel het hen mag voorkomen dat zij niets doen en hun tijd aan het verspillen zijn… Door geduld en volharding in het gebed zullen zij veel tot stand brengen zonder activiteit van hun kant…’ Of zoals hij het in de Bestijging van de berg Karmel het formuleert: ‘Groot is dus de vergissing van veel geestelijke personen die er zich op hebben toegelegd door beelden, gestalten en meditaties tot God te komen. Dat is goed voor beginnelingen. Als God hun aandacht nu op een meer geestelijke, innerlijke en onzichtbare rijkdom wil richten door het genotvolle sap van de redenerende meditatie van hen weg te nemen, dan komen zij er niet mee klaar, dan durven noch kunnen zij zich losmaken uit deze hand­zame methodes waaraan zij gewoon zijn en die houvast geven. Daarom geven zij zich alle moeite deze vast te houden, omdat zij zoals vroeger willen verder gaan met nadenken en mediteren over voorstellingen, in de mening dat dit steeds zo moet zijn. Zij spannen zich daar zeer voor in, maar vinden weinig of geen sap­pig voedsel. Eerder groeien en nemen de dorheid, vermoeidheid en onrust van de ziel toe naarmate zij zich meer inspannen voor dat eerstgenoemde sappige voedsel. Nu is het echter uitgesloten dat zij dit kunnen vinden op die eerste manier. Want de ziel vindt, zoals wij gezegd hebben, geen genot meer in dit zinnelijk voedsel, maar wel in een ander, veel fijner, veel innerlijker en minder zinnelijk. Dit bestaat niet hierin dat men zich inspant met de verbeelding, maar dat men de ziel tot rust brengt en haar iets gunt wat meer geestelijk is: rust en kalmte.’ (606/603)

Zoals gezegd: De Spirituele Gids was een eclatant succes. Molinos werd nog beroemder dan hij al was. Velen gingen naar hem om raad en velen gingen bij hem te biecht. Maar er begon ook iets te broeien. Voor al de Jezuïeten voelden zich in hun kruis getast. Zij waren de leraren van het overwegend gebed. Zij volgden de leer van hun stichter Ignatius van Loyola, zoals die is beschreven in zijn Geestelijke Oefeningen waarbij het voor ogen stellen en het overwegen van bijvoorbeeld de scènes uit Jezus’ leven een centrale plaats heeft. Molinos vond dat een goed begin, maar stelde uitdrukkelijk dat dit ‘nadenken en voorstellen’ achtergelaten diende te worden zodat de ziel direct naar de eenheid met God kon streven. En gezien de aantrekkingskracht van Molinos als biechtvader, zagen zij hem als geduchte concurrent die met zijn vrijgevige vergevingsgezindheid penitenten bij hen kon weghalen. Zo schrijft hij over de wellust: ‘Deze misstappen zijn weliswaar door de duivel uitgelokt, maar toch zorgt de Voorzienigheid ervoor - zolang wij Haar gelaten onderdaan – dat het geloof er meer diepgang door krijgt.’

Hoe het precies gegaan is lastig vast te stellen. Maar binnen drie jaar was van de goede reputatie van Molinos weinig meer over. De inquisitie was in het geheim een onderzoek begonnen. Er verschenen boeken die de Geestelijke Gids als een verzameling ketterijen omschreven. Goede vrienden, zoals kardinaal d’Estrées, die intiem met hem bevriend was en een enthousiast volgeling van zijn devotionele leer, keerden zich tegen hem. Zelfs de Paus liet zich overtuigen dat zijn waardering voor Molinos op ondeugdelijke gronden gebaseerd was. En ook onder het volk begon de stemming zich tegen hem te keren.

Het leidde in 1685 tot een arrestatiebevel. De Spaanse mysticus werd afgevoerd en gevangengezet in Castel Sant’Angelo. Bij de huiszoeking waren meer dan 12.000 brieven gevonden en in beslag genomen. Twee jaar lang zou Molinos in volstrekte isolatie moeten doorbrengen, want het proces vorderde tergend langzaam. De kerkelijke rechtbank moest niet alleen zoeken naar aanstootgevende, gevaarlijke of ronduit ketterse beweringen, tijdens het proces kwamen ook morele beschuldiging aan het licht. Hij zou zich tegenover over meerdere personen, waaronder biechtelingen, seksueel misdragen hebben.  Ook kwam naar buiten dat Molinos aanspoorde bij opkomende bekoringen en verleidingen geen weerstand te bieden, maar de beproeving te aanvaarden als Gods wil. Geen berouw, geen scrupules, het is God zelf deze bekoring van ons weg kan nemen of dit toelaat.

Aanvankelijk reageerde Molinos nogal fel tegenover de aanklachten, maar uiteindelijk onder grote druk en misschien onder folteringen – de inquisitie had het recht te martelen en beschikte over een zeer goed geoutilleerde martelkamer -  gaf hij toe schuldig te zijn aan alle aanklachten en bereid was alle ketterse leerstukken die hem toegeschreven werden te herroepen.

In juni 1687 werd Miguel de Molinos voorgeleid voor de inquisitie. 68 stellingen werd hem ten laste gelegd die hij punt voor punt diende af te zweren. Ik kies er enkele uit.

Stelling 1. Het is noodzakelijk voor een persoon zijn intellectuele vermogens te vernietigen. Dit is de innerlijke weg.

Stelling 5. Door niets te doen vernietigt de ziel zichzelf en keert terug naar zijn begin en oorsprong, welke de essentie van God is, waarin zij getransformeerd en vergoddelijkt verblijft en God verblijft in zichzelf. Er zijn niet langer twee dingen die verenigd zijn, maar slechts één ding en daarom leeft en regeert God in ons en vernietigt de ziel zichzelf in zijn werkzame leven.

Stelling 12.  Een persoon die zijn vrije wil heeft opgeven aan God, hoeft zich over niets zorgen te maken, hetzij over hel of hemel. Hij hoeft geen verlangen meer te meer te hebben naar zijn eigen volmaaktheid of deugden of zijn eigen heiligheid of zijn eigen verlossing of hoop, wat voor hem uitgewist is.

Stelling 21. In gebed is het noodzakelijk in het duistere en universele geloof te verblijven met rust en vergetelheid van elke bijzondere en onderscheiden gedachte aan de attributen van God en de drie-eenheid. Aldus dient men in Gods aanwezigheid te verblijven om Hem te eren en lief te hebben en te dienen, zonder handelingen voort te brengen, omdat dit God niet behaagt. Deze stelling wordt door de Inquisitie beoordeeld als ‘zeer bederfelijk in praktijk, ontwrichtend voor de christelijke discipline, dwalend en bijna ketters’

 Stelling 35. Het is niet goed voor de ziel op deze innerlijke weg werkzaam te zijn, zelfs deugdzame, van eigen keuze en actie. Anders zouden zij niet dood zijn.

Stelling 41. God staat de duivel toe met geweld te werken op perfecte zielen om hen tot grotere nederigheid te brengen. Daarom gebruikt de duivel geweld op hun lichamen en doet hem vleselijke handelingen begaan, zelfs wanneer zij wakker zijn en niet verzwakt, door fysiek hun handen te bewegen en andere ledematen tegen hun wil. Zij zijn niet zondig in zichzelf, want er is geen toestemming. Dit geldt ook voor vleselijke handelingen tussen mannen en vrouwen. Een dergelijke zondige activiteit is niet alleen geoorloofd, maar dient geprezen te worden en gewaardeerd als een unieke weg naar heiligheid en eenheid met God.

Stelling 55. Door deze innerlijke weg, kan men een staat bereiken, zij het door veel lijden, waar alle hartstochten zijn gezuiverd en uitgedoofd, zodat werkelijk niets nog gevoeld wordt – niets, niets. Geen verdere verstoring wordt gevoeld, zoals bij een dood lichaam, noch staat de ziel zich toe ontstelt te zijn.

Stelling 61.  Wanneer de ziel komt tot de mystieke dood, kan het niet langer iets anders willen dan Gods wil, omdat het niet langer een wil heeft. – Dit werd door de Inquisitie beoordeeld als ‘overmoedig en bij benadering ketters’.

Verder zijn er stellingen waar de noodzaak van sacramenten en devotionele handelingen wordt ontkend of waar de vrijheid wordt beklemtoond van elke kerkelijke autoriteit.

Dit zijn proposities, geen citaten ontleend aan Molinos’ boek. Men kan zich terecht afvragen, zou hij het zo gezegd hebben? Maar er is meer aan de hand. De Inquisitie maakte al veel langer jacht op al degene die verdacht werden van ‘quiëtisme’, een vage term, die veel verdeeldheid veroorzaakte. Het onderzoek richtte zich op door ‘quiëtisten’ eveneens lastig te omschrijven begrippen als verworven en ingestorte contemplatie en het verschil daartussen, ‘pure liefde’, ‘volkomen passiviteit,’ ‘totale zelfverloochening’, ‘berusting’, ‘niets’, ‘mystieke dood’, de nadruk op innerlijke boven uiterlijke werken.

Welnu. Al deze stellingen met de ‘quiëtistische’ onderwerpen, die Molinos ten laste werden gelegd,  kunnen worden teruggevonden in de geschriften van vele mystici die hem voorafgingen. Niet voor niets citeert Molinos overvloedig Teresa van Avila, Johannes van het Kruis, Franciscus van Sales, de gelukzalige Jeanne Chanta. En dezelfde ideeën zijn te vinden bij Bernardus van Clairveaux, Jan van Ruusbroec, Thomas a Kempis,  Petrus van Alcamara, Francisco Osuna.

Het heeft er de schijn van dat de kerkelijke rechtbank niet alleen Molinos probeerde te veroordelen, maar ook helderheid wilde scheppen met betrekking tot een aantal mystieke begrippen, die de Moederkerk al eeuwenlang zwaar op har maag lagen.

Molinos verklaarde zich te onderwerpen aan alle eisen van de Inquisitie. Hij voorkwam daarmee dat hij op de brandstapel een uiterst pijnlijke dood zou sterven. De openbare veroordeling vond plaats op september 1687. De plaats was de dominicaner kerk van Santa Maria sopra Minerva. Het werd een waar volksfeest, want niet alleen kwamen hier alle kerkelijk autoriteiten bijeen, maar ook het volk stroomde massaal toe. Er werd zelfs gevochten om een kaartje te bemachtigen. Ziehier een beroemde schets van deze gebeurtenis:

Bernard McGinn sluit het hoofdstuk over het leven van Molinos als volgt af: ‘Rong het middaguur bracht de garde van het Heilige Ministerie Molinos naar de kerk. Toen de menigte de ketter zagen, begonnen ze te roepen Al fuoco! Al fuoco! – Aan de vlammen! Na lunch en siësta arriveerden de hoogwaardigheidsbekleders: prelaten, ambassadeurs, vorsten en 23 kardinalen. Het duurde twee uur voor een team van dominicanen om alle beschuldigingen tegen Molinos voor te lezen, terwijl hij voor hen stond met een kandelaar in zijn hand. De lange Latijnse veroordeling gaat gedetailleerd in op Molinos’ seksueel wangedrag als ook op de dwalingen van zijn leer. De menigte schreeuwde voortdurend Al fuoco!, misschien omdat een getuige opmerkte, ‘Molinos stond, totaal niet van streek, onverschrokken op het platform met een arrogante blik alsof de gehele gebeurtenis iemand anders betrof.’ Op het einde van de recitatie knielde Molinos voor de commissaris van het Heilige Officie en overhandigde hem de herroeping van zijn leer. Hij verkreeg kwijtschelding en werd gekleed in een geel boetekleed gemerkt met een kruis. Rond acht uur ’s avonds bracht een voertuig van de Heilige Officie hem naar zijn levenslange gevangenis in Castel Sant’ Angelo. Hij stierf daar op 29 december 1696. Een intieme vriend zei dat hij deze jaren een leven leidde van strikte boetedoening, ‘volledig berustend in Gods wil in zulke verschrikkelijke rampspoed’ 2  

Molinos
                                Miguel de Molinos na zijn veroordeling

                                       

 

 

  • 1Over zijn leven en leer: Bernard McGinn, Miguel de Molinos: the archetypal quietist, in The presence of God, the crisis of mysticism, quietism in de seventeenth-century, Spain, Italy and France, Vol. VII,2021, p. 41 - 68. Dirk van Babylon, Miguel de Molinos, de laatste ketter, E-book, Scriptomanen, 2015.
  • 2Bernard McGinn, op.cit. p.48.